Maatje

Eerlijk is eerlijk, ook ik houd (ook) van een vette snack. Met het risico op een maatje meer. Maar vandaag schijnt gezond en vet met elkaar gecombineerd worden! Een oerhollands, gezond gerecht. En volgens kenners ‘lekker vet’.  Vandaag is het namelijk Vlaggetjesdag; een jaarlijks evenement waarbij de eerste verse Hollandse nieuwe haring wordt gedeeld met hen die dat niet ontzettend smerig vinden. Haring is sharing.

Ik zelf eet maar heel af en toe een harinkje, alleen als ik er écht trek in heb. Op andere momenten staat mijn ratio me in de weg, ontgaat me alle lust om toe te happen. (k)ieuw!

In Rotterdam en veel andere steden wordt de haring bijna werktuigelijk gegeten. Hier pak je de haring bij de staart, flatsjt hem vervolgens door de uitjes. Daarna laat je de haring (met een mantel van gesnipperde ui) boven je mond bungelen, om hem met dezelfde vaart richting huig te laten glijden. Happen maar. Daarna mag je in je kraag en in je shirt naar verdwaalde snippertjes ui gaan vissen.

In Amsterdam wordt de haring in hapklare stukjes gesneden. Uitjes en zuur ernaast, op een bordje. 

Volgens een maatje van me (ik ga er maar vanuit dat t waar is) heeft dit een historische achtergrond. Sowieso is er door Nederland nog steeds een regionale verschillende smaakvoorkeur te herkennen, wat eveneens een historische achtergrond heeft! 

Lange tijd kwam de haring via Vlaardingen aan wal. De vishandelaar moest het zonder diepvriezer stellen, waardoor er veel zouter werd gekaakt. De gezouten maatjes werden in een houten vat bewaard. Om het vele zout en daardoor de tranigheid van de haring te verhullen, werd de vis met een gesnipperd uitje gegeten. 

Via trekschuiten, en via paard en wagen werd de vis naar het achterland vervoerd; een tijdrovende klus. Vette malse haringen, de lekkerste, bederven sneller dan de schrale, hardere soortgenoten. De vette waren voor het nabijgelegen Rotterdam, de schrale spullen gingen naar Amsterdam. Deze haring was meer gezouten, om bederf tegen te gaan. Vandaar dat Amsterdammers ‘een stukje zuur’ bij hun gesneden harinkje eten. Een pikketanissie hielp en helpt wellicht nog steeds om de laatste vieze smaakjes weg te spoelen. Drink met mate(n) zou ik zeggen. 

Haring is sharing.